woensdag 2 mei 2012

De juiste kaart


Zweetdruppels lopen over mijn voorhoofd, terwijl ik diep in gedachten ben over mijn volgende zet. Ondertussen kijk ik mijn tegenstander strak aan. Zijn gezicht geeft echter niets vrij en een beetje minachtend kijkt hij terug. “Zou hij doorhebben dat ik niets heb?” denk ik bij mezelf. Desondanks heb ik de twee hoogste kaarten uit het spel verborgen onder mijn rechterhand, al heb ik daar vrij weinig aan met een gevaarlijke flop als QQ4. Toch acht ik de kans vrij klein dat hij een van die kaarten had en daarom besluit ik het risico te wagen.“Ik bet 1500 chips”, zeg ik op een zelfverzekerde toon, terwijl ik mijn tegenstander strak aan blijf kijken. Die hoeft echter niet lang na te denken: “All-in”. 

Het sloopt soms letterlijk en figuurlijk je zenuwen, dat poker. Soms kom je voor beslissingen te staan die het keerpunt van het toernooi kunnen betekenen, en op andere momenten moet je met argusogen toekijken hoe je tegenstanders al je chips wegnemen. Vooral in van die groezelige en donkere café’s kunnen de gemoederen hoog oplaaien. Soms moet je zien hoe jouw zorgvuldig gespeelde AA op de river (bij de laatste kaart die op tafel wordt gelegd) wordt verslagen door een toevallige 3-of-a-kind of dubbel pairtje. Frustratie gegarandeerd. Op andere momenten sta je bijvoorbeeld zelf in die positie en moet je ontzettend veel risico nemen, terwijl je maar de ‘kans’ hebt op een straat of flush. 
 
Zoals ik al zei; op sommige momenten sloopt het echt je zenuwen. Vooral als je het in het ‘echt’ speelt, is de spanning soms om te snijden. Je moet hierbij niet alleen rekening houden met je eigen kaarten en wat er op tafel ligt, maar ook met je tegenstanders. Laten ze tekenen zien dat ze wat hebben? Soms zijn het hele kleine dingetjes die verraden dat je tegenstander een goede hand heeft en die moet je maar net spotten. Maar dit geldt ook andersom, kan jij je ‘poker face’ behouden als je op de flop een knalharde full house hebt gehit? Heel anders dan online, waar je vaak meer op je ‘gevoel’ kan spelen, gezien je de gezichten van je tegenstanders toch niet kan zien. 

"Kan jij je ‘poker face’ behouden als je op de flop een prachtige full house hebt gehit?"

Maar dit is tegelijkertijd ook wat pokeren zo leuk maakt. Het is net als een kat-en-muis-spelletje, jij moet op het juiste moment je tegenstander te pakken weten te krijgen. Dit lukt niet altijd met de juiste kaarten of flop, soms moet je keihard bluffen om je tegenstander onder de tafel te krijgen. En als dat is gelukt, geeft dat een heerlijk gevoel. Daarbij valt er ook nog eens een hoop geld mee te verdienen. Of te verliezen. Geluk speelt hierbij stiekem wel een hele grote rol, al is het mooie van poker dat je het grotendeels wel zelf in de hand hebt. 

~

Meer en meer gedachten spinnen door mijn hoofd: “Waarom zou hij zoveel risico wagen? Wat heeft hij in godsnaam? Heeft hij door dat ik keihard loop te bluffen?” Ik denk lang na. Ondertussen zit een van mijn andere tegenstanders vervelende dingen te roepen om mij af te leiden. Ze slaan echter wel de juiste snaar, want ik heb inderdaad niets. Toch vermoed ik door deze roekeloze all-in dat mijn tegenstander ook niets heeft en besluit ik ook al mijn chips op het spel te zetten. En ik mijn voorgevoel was juist, want hij draait ‘slechts’ KJ om. Met een kleine glimlach draai ik mijn superieure AK om, haast verzekert van de winst. Hij kon immers alleen winnen als er een boer kwam op de turn of river. Toch had ik dit moeten afkloppen, want wat kwam er op de laatste kaart? Zenuwslopend spelletje, dat poker.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten